Nu de deuren weer geopend zijn en het vocht weer getapt wordt
kiezen we weer met overgave voor het samenzijn. Nog steeds
op afstand van elkaar maar zonder bezwaar in eenzelfde ruimte
waar de vloeren, sleets, onze voetenstappen verwelkomen
op weg naar de bar waar een opgetogen barvrouw je vergif tapt
met zovele namen in even zovele vormen glas. Vrolijke
stemmen met ondertoon van stoïcijns negeren van gezond verstand.
Er is weer vrijheid om te genieten van zon, buitenzijn
en middenstand. De mens toont wederom zijn eigengereidheid en hang naar onafhankelijkheid. Leeft zijn leven liever kort ten volle
dan achter geraniums verlangend te staren naar een tijd die nooit
meer terugkeren kan.