Realiteit

Ik ga neerwaarts, de spiraal volgend naar zijn dieptepunt en uiteindelijk verder. Een afgrond dieper dan een leven lang. Neerwaarts, neerwaarts en geen mogelijkheid om af te remmen. Een opwaarts momentum lijkt futiel, een fantasie welhaast. Dieper en dieper zink ik, het licht boven mij allang niet meer zichtbaar maar ik weet dat het er is. Ik weet dat ik weer in de warmte kan wentelen, in licht kan leven. Het zal alleen weer even duren voor ik weer daar ben waar ik zijn wil. Tot die tijd onderga ik de val. Vrij maar gebonden, gebonden aan chemische onbalans. Een weigering van functioneren naar behoren. Ik zie hem nu, die spiraal, zo mooi, zo vertrouwd. De kilte is welhaast comfortabel. Een jas die als gegoten zit. Zonder rits, vergroeid met mijn lijf. Er zijn hulpmiddelen en hulptroepen maar ik weiger de hulp, ik zie er het nut niet van in, of nee, het beangstigt me. Welhaast meer dan de spiraal en wat er verder is. Welhaast, want de diepzwarte donkerte om mij heen, tastbaar, hoorbaar, bijna proefbaar, is zalvend, zorgend, comfortabel en afschrikwekkend in zijn doeltreffendheid. Het uit zachte woorden tegen me, liefkozend haast maar de woorden zijn kleinerend, belerend en leugenachtig. Ik herken de leugens maar geloof ze evengoed. Ik ben waardeloos, nutteloos, levenloos. Ik ben waardevol, nuttig, levenslustig. Een zoektocht, verdwaald, kompasgestoord. Een leven verstoord, gesmoord in de zwarte vacht van een stinkend gezwel genaamd depressie. Een leven lang gestreden en valkuilen gemeden om te eindigen in een val van hoog naar laag. Wachtend op het terugveren wat onvermijdelijk, herhaaldelijk gebeurt.

2 reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Terug naar boven

Gelieve mijn rechten te respecteren.