Er is weer een opening, een herkansing. Een mogelijkheid tot verbetering. Maar de oude wegen zijn zo ingesleten. Links en rechts het zicht belemmerd door haastig opgebouwde muren van krakkemikkige schuren volgestouwd met memorabilia waar niet langer naar omgekeken wordt en de bijbehorende herinnering is weggestopt. In de hoop dat deze verdwijnt in het niets.
We lopen onze geijkte rondjes, onwetend van dat wat buiten het zichtveld is, niet tanend naar nieuw of beter maar vastgezet op de ijzeren rails van eeuwig en altijd hetzelfde want dat is beter. Dat is vertrouwd en veilig. En daarmee bijna heilig. We willen niet anders. Er is al genoeg gebeurd wat ons beangstigd. Er is al te veel verwoesting om ons heen. Weggevallen zielen, verdwenen privileges, angstige blikken. Dus vieren we onze deels herwonnen vrijheden, wegduwend dat knagende gevoel dat het oude leidde tot het heden.