als kind lag ik vaak in bed
of zat ik in een hoek
omgeven door speelgoed
waar ik niet naar omkeek
de aandacht gefixeerd op een boek
dromend van verre landen
moedige daden of reizen
tussen sterren of over zee
‘het is te prijzen
dat die jongen zoveel leest’
maar eerlijk gezegd
is er echt wel meer geweest
en later, later toen ik opgegroeid
was, mijn emoties volwassen
toen eenzaamheid mijn hart was
binnengeslopen
konden verhalen mij nog steeds
verrassen
droomde ik nog steeds over
verre reizen, moedige daden
sterren, uitgegroeid tot zowel letterlijke
als die van het witte doek
radio of bewegend scherm
ik las over vrouwenrondingen
levens verstrengeld
in liefde of haat of meer
realistisch in berusting
fantaseerde over verstrengelingen
van lichamen in passie
vol hartstocht en extase
leerde zelfs een versierfrase
al hielp het niets
en nu, nu leef ik tussen hoop
en vrees dat ik tevergeefs mijn
leven heb gewijd aan letteren
aan boeken vol dromen
vol wensen
maar niet heb geleefd
zoals op dat maagdelijk
witte papier beschreven
… maar wel met rode letters in het hoofd …